naar Marker Nieuws 2025 indexpagina
Kadernota subsidiëring dorpshuizen in Waterland
Raadsvoorstel
Foto: Pieter Pereboom
 
Onderwerp:
Kadernota subsidiëring dorpshuizen (199-28)
 
Voorstel
1. In te stemmen met het inrichten van begrotingspostsubsidies voor de aangewezen dorpshuisstichtingen in 7 dorpskernen met ingang van het begrotingsjaar 2026.
2. In te stemmen met de volgende criteria als kaderstellend voor de aanvraag en de beoordeling van deze begrotingspostsubsidies:
 
a) De begrotingspostsubsidies kunnen aangevraagd worden door de volgende stichtingen
• Dorpshuis Ilpendam te Ilpendam,
• Dorpshuis Het Trefpunt te Marken
• De Nieuwe Boet te Watergang
• Het Hart van Katwoude te Katwoude
• Dorpshuis Zuiderwoude te Zuiderwoude
• ‘t Schooltje te Uitdam
• De Draai33 te Broek in Waterland
 
b) Het doel van de subsidie is de openstelling van het dorpshuis voor maatschappelijke activiteiten. Deze activiteiten dragen bij aan de realisatie van doelstellingen van het gemeentelijk sociaal en sociaal-cultureel beleid (wettelijke basis Wmo): het bevorderen van sociale cohesie, tegengaan van eenzaamheid, preventie vanuit voorveld, stimuleren leefbaarheid kernen, behouden ontmoetingsplekken, huisvesten verenigingen, faciliteren burgerinitiatieven.
 
c) De beoordeling vindt per dorpshuis plaats op grond van de specifieke situatie.
 
d) De criteria, procedure en maximaal aan te vragen bedragen worden per dorpshuis voor de aanvraagtermijn bekend gemaakt.
 
e) De maximale bedragen worden per dorpshuis opgebouwd uit 4 delen:
i. Een vaste voet van € 5.000 per dorpskern
ii. Een bedrag van € 0,65 per maand per inwoner (peildatum 1 januari voorafgaand jaar)
iii. Aanvullend bedrag voor dorpshuizen Marken en Ilpendam in verband met de gedane bestuurlijke toezeggingen uit 2024 dat zij er niet op achteruit gaan
(college in overleg met raad).
iv. Aanvullend bedrag, onder andere voor dorpshuizen in kernen met minder dan 850 inwoners, te weten Watergang, Katwoude, Zuiderwoude en Uitdam
 
f) De subsidies worden jaarlijks conform de begrotingssystematiek geïndexeerd.
 
g) De huurbijdrage van de gemeente aan een dorpshuis is beëindigd alvorens subsidie ingaat.
 
h) De subsidiabele activiteit is het openstellingsmoment voor maatschappelijke activiteit (tijdsduur kan variëren).
 
i) Minimaal 100 maatschappelijke openstellingsmomenten per kalenderjaar geven recht op maximaal 100% subsidiebedrag. Bij minder dan 100 openstellingen ontvangt men verhoudingsgewijs minder subsidie.
 
j) Aanvrager hoeft niet het volledige bedrag aan te vragen.
 
k) Aanvrager dient een jaarlijkse aanvraag in voor het aankomende jaar, voorzien van een begroting en jaarplan, met daarin het aantal openstellingsmomenten voor maatschappelijke activiteiten plus toelichting.
 
l) Aanvrager doet jaarlijks verzoek om vaststelling over het voorgaande jaar, voorzien van een jaarrekening en jaarverslag, onder vermelding van het aantal gerealiseerde openstellingen voor maatschappelijke activiteiten gedurende dat jaar plus toelichting. Als er minder dan 100 prestaties zijn geleverd, kan de subsidie evenredig lager worden vastgesteld.
 
3. In te stemmen met de inzet van de beschikbare budgetten onder programmaonderdeel 3.02 Sociale voorzieningen, taakveld 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie.
 
Inleiding
In het Coalitieakkoord 2022-2026 staat de volgende ambitie: ‘De positie van de dorpshuizen en de relatie met ‘De Bolder’ vergt een nadere oriëntatie. Meer samenwerking is nodig om ook in de kernen buiten Monnickendam tot een volwaardig sociaal-cultureel werk te kunnen komen en om tot een oplossing te kunnen komen voor de financiële problematiek van een aantal dorpshuizen.’
 
Gezien hun financiële situatie is het voortbestaan van een aantal dorpshuizen als locatie voor sociaalculturele en andere maatschappelijke activiteiten onzeker. Daarom is niet alleen meer samenwerking en spreiding van het gesubsidieerde sociaal cultureel werk van belang; ook het behouden van de
dorpshuizen als locatie is essentieel. In 2024 heeft de raad een scenario gekozen om de ambitie verder uit te werken: ‘Sociaal cultureel werk aanbesteden en een deel van de middelen inzetten voor een dorpshuisfonds (bedrag per inwoner). We schetsen hieronder de huidige status van deze samenhangende ontwikkelingen en de impact op de dorpshuizen.
 
1. Stand van zaken herijking sociaal cultureel werk
In oktober 2024 besloot de raad om een marktverkenning uit te laten voeren naar een mogelijke aanbesteding van het sociaal cultureel werk, dat tot dan toe door stichting De Bolder werd uitgevoerd. Een betere spreiding en professionele ondersteuning van sociaal culturele activiteiten in de dorpskernen was een belangrijk doel. Het gaat daarbij om buurthuiswerk en het programma KANS (brede school activiteiten jeugd). Daarnaast was de wens van stichting De Bolder om het beheer van het dienstencentrum en sociaal cultureel centrum De Bolder niet langer te beleggen bij dezelfde stichting, maar bij de gemeente als gebouweigenaar.
 
Door het plotselinge besluit van stichting De Bolder om haar werkzaamheden te stoppen, kwam de herijking eind 2024 in een stroomversnelling. Stichting WelzijnWonenPlus bleek bereid om per 1 april 2025 met haar ervaring en netwerk het sociaal cultureel werk op te pakken, terwijl de gemeente het
gebouwbeheer op zich nam. Zo kon de gemeente de continuïteit van de activiteiten en openstelling van het gebouw voor de gebruikers en huurders realiseren. De voorgenomen marktverkenning sociaal cultureel werk is uitgesteld tot 2027. Op dat moment zal gekeken worden of een aanbesteding wenselijk is per 2028.
 
Impact voor de dorpshuizen
Inmiddels heeft WelzijnWonenPlus met de dorpskernen gesprekken gevoerd en zijn de eerste sociaal culturele activiteiten in de dorpskernen opgestart. Er zijn plannen voor 2026 gemaakt en de resultaten van de samenwerking zullen de komende jaren steeds zichtbaarder worden in de kernen.
 
Begrotingspost De Bolder/Sociaal cultureel werk
Voor 2025 is voor het hele werkpakket van stichting De Bolder € 292.000 subsidie begroot. Tijdens het eerste kwartaal ontving stichting De Bolder nog subsidie voor haar brede werkzaamheden; sinds 1 april ontvangt stichting WelzijnWonenPlus subsidie voor het uitvoeren van het sociaal cultureel werk, zij beheert niet het gebouw. Voor de inzet van stichting WelzijnWonenPlus is subsidie beschikbaar in lijn met het beoogde budget bij een aanbesteding, (€ 240.000, - op jaarbasis). De gemeente zet het resterende bedrag (€ 52.000 op jaarbasis) in voor gebouwbeheer. In de begroting 2026 is uitgegaan van hetzelfde budget plus indexatie.
 
2. Stand van zaken Dorpshuizenfonds
In 2023 en 2024 is samen met de dorpshuizen geïnventariseerd wat hun wensen en knelpunten waren en wat de samenwerking met o.a. De Bolder zou kunnen brengen (RID 198-8, RID 106-410, RID 198-9). De behoefte aan transparantie en een eerlijkere verdeling van steun onder de 7 dorpshuizen kwam helder naar voren. Vastgesteld is dat er sprake was van uiteenlopende vormen van financiële steun cq huurbijdragen aan 4 van de 7 dorpshuizen, met name in de grotere kernen.
 
In 2024 is bij het vaststellen van de Begroting 2025 € 50.000 extra opgenomen in de begroting specifiek voor de steun aan dorpshuizen, omdat budgettair neutrale ondersteuning van dorpshuizen vanuit de begrotingspost De Bolder/Sociaal cultureel werk niet realistisch bleek. De € 50.000 is structureel opgenomen in de meerjarenbegroting onder programmaonderdeel 3.02 Sociale voorzieningen, taakveld 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie.
 
Achtergrond van de financiële situatie
Bij de verzelfstandiging van dorpshuizen begin deze eeuw (mede vanuit rijksbeleid) zijn flinke verschillen in de huisvestingsituatie tussen de dorpshuizen ontstaan. Sommige stichtingen konden het dorpshuis voor € 1 -met alle lusten en lasten- kopen van de gemeente, voor anderen bleek alleen huur mogelijk van corporaties. De dorpshuizen waren als zelfstandige organisaties verantwoordelijk voor een gezonde bedrijfsvoering en dit werd dankzij de inzet van vrijwilligers en soms ook door uitbesteding aan uitbaters gerealiseerd.
 
De dorpshuizen van Marken en Broek in Waterland (wijksteunpunt De Draai33) ontvangen al geruime tijd bijdragen van de gemeente voor de huur van een ruimte. De achtergrond hiervan ligt in hun oorspronkelijke functie als wijksteunpunt (evenals als overigens in Ilpendam en Monnickendam).
Omdat Het Trefpunt en De Draai ook als wijksteunpunt fungeerden, zijn met/voor hen huurovereenkomsten afgesloten rond 2009 (in samenhang met rijksbeleid met voorwaarde dat gemeenten zelf gebruik gingen maken van de wijksteunpunten). Voor De Draai33 huurt de gemeente sinds de nieuwbouw direct zelf van Woonzorg. Dit contract zal in overleg worden overgedragen aan De Draai33 en de beheerbijdrage die De Draai daarnaast ontvangt zal eveneens worden beëindigd.
 
De dorpshuizen in Ilpendam en Uitdam hebben enkele jaren terug een beroep gedaan op de gemeente wegens dreigende grote tekorten. Deze noodkreten zijn middels tijdelijke huurovereenkomsten gehonoreerd, waarbij de gemeente een ruimte huurt met de bedoeling deze bijvoorbeeld te gebruiken
als sociaal loket. Dit is echter om diverse redenen niet goed van de grond gekomen.
 
De financiële krapte is bij de meeste dorpshuizen de afgelopen 5-6 jaar groter geworden. Door coronasluitingen en algehele kostenstijgingen zijn de reserves flink aangesproken en kan een kleine tegenslag al voor problemen zorgen. De dorpshuizen willen hun kosten graag verlagen door het gebouw te verduurzamen, maar dit vraagt om grote investeringen. De dorpshuizen van Watergang, Zuiderwoude en Katwoude fungeren vooralsnog zonder gemeentelijke steun, maar hebben kwetsbare begrotingen en weinig reserves.
 
Subsidie voor dorpshuizen met ingang van 2026, transparant en rechtmatig
Om te komen tot een transparante en rechtmatige ondersteuning van alle 7 genoemde dorpshuizen voor maatschappelijke doelen, stelt de raad een subsidiebudget beschikbaar dat deels bestaat uit de huidige huurbedragen. De raad is in oktober 2024 op de hoogte gebracht van de voornemens om de bestaande huurovereenkomsten te beeindigen (RID 98-12 en 198-21), opdat deze bedragen kunnen worden toegevoegd aan het subsidiebudget. Zoals hierboven geschetst is de gemeentelijke sociale loketfunctie (Wmo loket) in de gehuurde ruimten niet goed van de grond gekomen en is huur niet meer relevant. Met de subsidie worden doelstellingen van sociaal en sociaal cultureel beleid nagestreefd.
 
De 4 betreffende dorpshuizen kunnen pas vanaf de datum huurbeëindiging een beroep doen op de subsidie omdat de bekostiging van subsidie mede zal plaatsvinden vanuit vrijgevallen huurbijdragen. Aan Marken en Ilpendam is bestuurlijk toegezegd dat ze er qua hoogte bijdrage niet op achteruit zullen gaan. Een aandachtspunt is de jaarlijkse indexatie die onderdeel is van de overeenkomsten met De Draai33/Woonzorg en Het Trefpunt op Marken. Om de toezegging meerjarig na te leven is een jaarlijkse indexatie (volgens gemeentelijk beleid) van de 7 subsidieposten deel van het voorstel.
 
De raad stelt aldus € 139.073 beschikbaar voor de ondersteuning van de 7 dorpshuizen, jaarlijks te indexeren. In verband met te maken afspraken over de einddata van de vrijvallende huren komt daarvan € 89.073 gefaseerd als subsidie beschikbaar. Afhankelijk van de einddatum huur ontvangen deze dorpshuizen een deel van het jaar huur en een deel subsidie. Het extra budget van € 50.000 is al beschikbaar. Beide budgetten zijn structureel opgenomen in de begroting onder programmaonderdeel 3.02 Sociale voorzieningen, taakveld 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie. Uitgebreid onderzoek, juridische en beleidsadviezen en gesprekken met de dorpshuizen hebben tot dit voorstel geleid. Tijdens de raadsinformatieavond 11 november 2025 heeft de raad aangegeven in deze gebruik te willen maken van zijn kaderstellende rol.
 
Argumenten
1.1 Het voorstel ondersteunt het ingezette beleid
De openstelling van het dorpshuis voor maatschappelijke functies draagt bij aan het gemeentelijk beleid. Het sociaal beleid is gericht op het versterken van de sociale basis in de gemeente, de spreiding van het aanbod daarvoor en aan het stimuleren van de leefbaarheid in de dorpskernen. Door de dorpshuizen open te stellen en te behouden voor ontmoeting en verbinding tussen bewoners van alle leeftijden, voor verenigingen, burgerinitiatieven en overige maatschappelijke activiteiten, dragen de dorpshuizen bij aan een goed gespreid, actief en preventief voorveld.
 
1.2 Begrotingspostsubsidie als enige mogelijke vorm
Uit onderzoek en advisering komt naar voren dat er geen alternatieve subsidieringvorm of subsidieregeling mogelijk is anders dan de begrotingspostsubsidie.
Op grond van de conclusies van uitgebreid onderzoek naar de dorpshuizen, naar andere gemeenten en juridische advisering is de begrotingspostsubsidie de enige rechtmatige subsidievorm voor het gewenste doel, het subsidiëren van de dorpshuizen in de 7 dorpskernen.
 
2.1 Het voorstel draagt bij aan een transparante verdeling van gemeentelijke subsidie voor dorpshuizen
Het voorstel maakt het aanvragen van gemeentelijke subsidie voor het openstellen van de dorpshuizen mogelijk voor de 7 dorpskernen. De 7 dorpshuizen zijn uniek in hun functie in de betreffende kern.
 
2.2 Door de dorpshuizen subsidie te verlenen via de begroting kan op maat worden beschikt en beoordeeld
Onderzoek naar en met de dorpshuizen levert een zodanig divers beeld op dat een algemene subsidieregeling juridisch uitgesloten is. De grote verschillen in functies, grootte van gebouw en inwonertal, al dan niet commerciële inkomstenbronnen, eigendom, beheer en exploitatie, staat van het gebouw, kosten en baten maken een eenduidige beoordeling en honorering van aanvragen onmogelijk. Ook zijn er toezeggingen aan enkele dorpshuizen gedaan waarmee rekening gehouden moet worden. Bovendien is het van belang om met dorpshuizen met commerciële activiteiten goede afspraken te maken ter voorkoming van staatsteun en concurrentievervalsing. Een begrotingspostsubsidie maakt transparantie en maatwerk mogelijk.
 
2.3 Met de criteria wordt het kader voor subsidiering voor langere tijd helder vastgelegd
De beschreven criteria maken helder wie waarvoor subsidie kan krijgen. De subsidie is bedoeld om minimaal 100 maatschappelijke openstellingen te realiseren per jaar. De meeste dorpshuizen voeren een mix uit van niet-commerciële, para-commerciële en commerciële activiteiten; inkomsten zijn van belang om de exploitatie kosten te dekken. De dorpshuizen zijn en blijven verantwoordelijk voor een gezonde bedrijfsvoering; de subsidie mag echter niet leiden tot staatssteun of concurrentievervalsing door inzet voor commerciële activiteiten.
 
2.4 Financiële compensatie kleine kernen voor dure eerste openingsuren
Kleine kernen ontvangen op basis van hun inwonertal een aanzienlijk lager bedrag dan grotere kernen, terwijl hun gebouwkosten (voor de openstelling in beginsel) relatief net zo hoog zijn als in grotere kernen. Het openhouden van vaak de laatste ontmoetingsruimte in een kleine kern is van belang voor
de sociale beleidsdoelen. Om dit mogelijk te maken is gekozen voor een aanvullend bedrag voor kernen met minder dan 850 inwoners.
 
2.5 Voorwaarde voor subsidie 4 dorpshuizen is dat de huurovereenkomst is beëindigd.
Subsidie is gericht op het realiseren van maatschappelijke doelstellingen en activiteiten, huur is dat niet. Om alle historisch gegroeide verschillen nu te vereffenen, krijgen de 4 dorpshuizen met huurovereenkomst ieder de kans om subsidie aan te vragen voor dezelfde sociale doelstelling, na beëindiging van de huurovereenkomst en beheerbijdrage. De bestaande overeenkomsten worden in goed overleg op maat besproken en zo spoedig mogelijk beëindigd. Deze budgetten komen beschikbaar als subsidie. Afhankelijk van de datum van beëindiging huur wordt subsidiering mogelijk in 2026 en uiterlijk per 2027 (aanvraag voor 1 april 2026). In dat laatste geval loopt de huur door tot 1-1-2027.
 
Kanttekeningen
1.1. Termijn van aanvragen voor 2026 en 2027 is (te) kort;
Het college zal hierbij coulance betrachten, gezien de korte aanvraagtermijn voor aanvragers, zowel voor 2026 als voor 2027. Zij kan dit doen op basis van de hardheidsclausule 4.23 in de ASV. De subsidie voor dorpshuizen met lopende overeenkomsten wordt in overleg gestart uiterlijk 1-1-2027.
 
1.2 De bijdrage van € 50.000 is structureel noodzakelijk
In bijlage 3 bij de begroting 2025 is de extra bijdrage voor het dorpshuizenfonds verwerkt. In dit overzicht staan de jaren 2025 tot en met 2028 toegelicht. Dit suggereert dat de bijdrage voor vier jaar in de begroting is opgenomen. In werkelijkheid is de bijdrage structureel verwerkt. Bovenstaande regeling kan ook niet uitgevoerd worden voor vier jaar. De dorpshuizen, zeker de dorpshuizen met huurcontracten moeten voor langere termijn duidelijkheid hebben over de financiering. Aangezien de ingangsdatum voor een of meerdere dorpshuizen (gezien de opzeggingstermijnen) mogelijk pas eind 2026, begin 2027 zal plaatsvinden, is een financiering tot en met 2028 ook niet haalbaar.
 
Financiële toelichting
In onderstaande tabel zijn de maximale bedragen voor 2026 aangegeven op basis van de rekenmethode onder punt 2.e. De dekking is ook aangegeven; er is sprake van een positief saldo van € 8.763.
 
 
Duurzaamheid
De toekomstbestendigheid van de dorpshuizen is een belangrijke factor, zij werken bijna allen aan hun verduurzaming en maken daarbij gebruik van hiervoor beschikbare fondsen en regelingen. Ook in de bedrijfsvoering worden ze vanuit onze subsidie gewezen op het belang van een duurzame aanpak. Het is onze intentie om de dorpshuizen hierin te ondersteunen bij het zoeken naar andere financieringsmogelijkheden.
 
 
Bovenstaande Raadsvoorstel (198-28) in pdf Concept Raadsvoorstel (198-29) in pdf
Voorstel Stichting Eilandraad Marken in pdf
Info komt uit Waterland Bestuurlijkeinformatie onderdeel 'Collegestukken' week 48, 25 november 2025

Bron: Gemeente Waterland, dinsdag 25 november 2025

naar Marker Nieuws 2025 indexpagina